Vandaag was opeens in het nieuws, dat smartphone-apps nauwkeuriger zijn dan gespecialiseerde wearables, zoals fitnessarmbanden. Dat onderwerp interesseert ons natuurlijk mateloos op Fithacking, want het zou betekenen dat je geen ‘dure’ fitnesstrackers meer hoeft te kopen, maar in feite je smartphone gewoon op zak kunt steken. Geen gedoe meer met trackers opladen, trackers die per ongeluk in de was terechtkomen of die huidirritatie veroorzaken. Het enige wat je nodig hebt is een app. Het zou natuurlijk mooi zijn als het klopte, maar veel media namen de conclusie nogal klakkeloos over, zonder even te kijken naar de data. Wat er klopt iets niet.
Onderzoek met 14 deelnemers
Het onderzoek werd weliswaar uitgevoerd door ‘echte’ wetenschappers van de Universiteit van Pennsylvania, maar het was niet bepaald representatief. Er deden maar 14 mensen mee aan het onderzoek, die een relatief korte afstand moesten lopen. Op een loopband legden ze tweemaal 500 en tweemaal 1500 stappen af. In totaal werden er dus 56 metingen gedaan. Op basis daarvan volgde de conclusie dat de smartphone-apps een afwijking van -6,7% tot +6.2% lieten zien. Bij de wearables was de afwijking -22,7% tot -1,5%. De kans is dus aanwezig dat je bij een wearable te weinig stappen telt.
Geen dagelijkse realiteit
Maar er rammelt van alles: lopen op een loopband (waarbij de ‘vloer’ automatisch beweegt) is anders dan lopen op straat. De afstanden van 500 en 1500 stappen zijn ook nogal aan de korte kant. De meting vond over een nogal korte periode plaats en met relatief weinig meetinstrumenten. Bovendien kregen de apps en de wearables geen gelijke kansen: er werden vier apps getest en zes wearables. Eén zwart schaap onder de wearables (in dit geval was het de Nike+ Fuelband die sterk afweek) heeft de metingen misschien wel erg nadelig beïnvloed. Bovendien is het geen realistische situatie. Tijdens de metingen droegen de testdeelnemers de smartphone de hele tijd in hun broekzak, maar in het dagelijkse leven halen mensen smartphones tevoorschijn om erop te kijken (ook tijdens het lopen). Ze leggen smartphones op het bureau als ze zitten te werken en op het aanrecht als ze staan te koken. Een smartphone volgt niet alle bewegingen van je lichaam, een wearable wel. Tenminste, hij meet de beweging van een bepaald lichaamsdeel, bijvoorbeeld je armen of heupen.
Duh-momentje: apps zijn toegankelijker
Nog wat andere bezwaren: de nieuwste trackers en smartwatches deden niet mee in het onderzoek (waarom niet?). De conclusie van het onderzoek heeft ook weinig om het lijf: “Our findings suggest that smartphone apps could prove to be a more widely accessible and affordable way of tracking health behaviors.” Geen wonder dat een app een veel toegankelijker oplossing is: een app kost bijna niets en bijna iedereen heeft tegenwoordig een smartphone. Straks gaan ze nog zeggen dat een stappenteller-app vooral stappen telt en best kan helpen om mensen meer in beweging te krijgen.